Furu-e-dien : Regels van de Islam

Salaat/Namaaz (Gebed)

Er zijn verplichte salaats voor moslims, zoals de dagelijkse vijfgebed. Deze zijn verplicht voor diegene die Baligh zijn (in de puberteit). Een jongen wordt baligh

als hij 15 wordt, en een meisje als zij 9 wordt. Vanaf dat moment zijn zij volwassen en moeten veel plichten nakomen. (Zie de islamitische wet of juristprudentie boeken)

 

Saum (Vasten)

Vasten tijdens de heilige maand Ramadan is wajib (verplicht) voor moslims. Het vasten is verplicht vanaf de dag die volgt na het verschijnen van de nieuwe maan in de Ramadan tot de nacht waarop de nieuwe maan van de volgende maand wordt gezien.

 

Zakaat (Armenbelasting,Aalmoes)

Zakaat moet na een hele jaar  2,5%  van de bezitting van de persoon aan de armoede gegeven worden. 

Die bezittingen kunnen zijn:

Goud, zilver, meel, graan, dadels, rozijnen, kamelen, vee en schapen.

 

Khums

Het betalen van 20% van al het spaargeld na alle verdiensten van het jaar. De ''Seyed' oftewel de nakomeling van de heilige profeet (saws) hebben recht op de helft van dit bedrag, dat betaalt dient te worden aan diegene van hen die arm en behoeftig zijn.

 

Hadj (Bedevaart naar Mekka)

Naar mekka gaan om het huis van Allah (swt) te bezoeken wordt Hadj genoemd. Hadj is verplicht voor hen die het geld hebben om naar mekka heen en terug tegaan, en ook genoeg geld hebben om diegenen te onderhouden die thuis blijven terwijl die persoon naar mekka is. De Hadj wordt vericht in de laatste maand van de islamitische kalender, genaamd de Dhu-Al-Hidjah.

 

Djihaad (Strijd)

Djihaad betekent: strijden op de weg van Allah (swt). Djihaad betekent letterlijk: streven en inspannen (denken aan de weg die je volgt). Dit kan op verschillende manieren zijn. Het kan bijvoorbeeld het vechten tegen je eigen verlangens (Nafs) zijn om te voorkomen dat je zondes begaat.

 

 

Amr bil ma'roef (aansporen to het goede)

Andere mensen leiden en aanzetten om goede daden te doen.

 

Nahi anil munkar

Mensen weerhouden van het verrichten van slechte daden.

 

Tawallaa (vriendschap)

Gehoorzamen en houden van Allah (swt), de Heilige Profeet (vrede zijn met Hem), de imams (vrede zijn met Hen allen) en te vriend houden van diegene die hun gehoorzamen en aanvaarden.

 

Tabarraa (vijandschap)

Niet omgaan met mensen die tegen Allah (swt) zijn of tegen de Heilige Profeet (vrede zijn met Hem) of tegen de Profeten.

 

 

Bron: Het boek: Wat een jong moslim moet weten